De dopboon vormt sappige, groene peulen met een hoge productiviteit. Gemakkelijk te openen en bevatten gemiddeld 8 à 9 zaden. Deze variëteit is ziekteresistent.

Richtlijnen:
Voor een perfect resultaat, zaai op een zonnige standplaats, in een fijn bewerkte en voldoende opgewarmde bodem want bonen hebben warmte nodig (temperatuur bij voorkeur hoger dan 15°C).
1.Zaai vanaf eind april tot juli en leg 4-5 zaden in ondiepe kuiltjes met 40 cm tussenafstand in alle richtingen, of in rijen met 40 cm tussenafstand, 1 zaad elke 5 cm. Bedek de zaden maximaal met 2 à 3 cm aarde. Enkele dagen na de opkomt, de bodem oppervlakkig bewerken om eventuele onkruiden te verwijderen en de bodem te verluchten.
2.Als de planten 10 tot 12 cm hoog zijn, de bodem een tweede keer loswerken en de voet van de planten lichtjes aanaarden. Oogst vanaf juli tot september, elke 5 à 7 dagen.

Deze boon kan zowel geplukt worden als de peulen heel fijn zijn, maar ook in een iets verder gevorderd stadium, aangezien deze variëteit draadloos is. De aanwezigheid van bonenkruid in de buurt van uw boontjes vermindert de aantasting van bladluizen.